DE AANLOOP NAAR DE NAD KAMPEN

WERKVERSCHAFFING IN DE CRISISJAREN

De jaren dertig van de vorige eeuw staan te boek als de crisisjaren. In 1929 storten wereldwijd de aandelenkoersen in en breekt een tijd van economische neergang en massale werkloosheid aan. Hier in Zuidoost-Friesland zijn de crisisjaren al eerder begonnen. Aan het einde van de negentiende eeuw raken de turfwinning en de landbouw in het slop, de twee pijlers onder het bestaan in de Zuidoosthoek. De veelal kleine boerenbedrijfjes kunnen niet opboksen tegen de goedkope landbouwproducten uit Amerika. En met de opkomst van kolen en olie heeft turf afgedaan als nationale brandstof. De gevolgen: werkloosheid op grote schaal, armoede en sociale
onrust. Vooraankondigingen van wat de rest van Nederland te wachten staat.

SCHOP, KRUIWAGEN EN KIEPKAR

Werkverschaffing moet de ergste nood het hoofd bieden en de oplopende gemoederen beteugelen. Al in de jaren twintig zet de overheid de maatregel in voor grootschalige ontginningsprojecten in de Zuidoosthoek. Met schop, kruiwagen en kiepkar graven duizenden werklozen uitgeveende gronden en heide af, egaliseren het land en diepen sloten uit.

WERKZAAMHEDEN

De werkverschaffing levert vele hectares nieuwe landbouwgronden en productiebossen op in de omgeving. In andere delen van het land speelt de werkverschaffing onder andere een rol bij de aanleg van de Afsluitdijk, het Bosplan van Amsterdam, de inpoldering van de Noordoostpolder en de uitbreiding van het vaarwegennet.